Ik heb je eigenlijk nog nooit echt fatsoenlijk bedankt. Voor al die mooie uren samen. En ik weet het, ik hoef je niet te zeggen dat ik van je hou. Maar ik doe het toch. Zonder jou had ik het nooit gered. Het fit worden en 20kg afvallen. Het trainen voor m’n eerste bergultra. De lange etappes op #DeRandvanhetLand. En de regenachtige avonden langs het IJmeer. Mijn thuisfront, sportieve mensen om me heen, andere loopgenoten en -vrienden waren en zijn een enorme steun. Maar jij was er altijd.
Tijdens het hardlopen, en vooral als je dat uren en uren aan een stuk door doet, gebeuren er dingen in je hoofd. Soms prettig, soms vervelend, soms gevoelloos. Dankzij jou voel ik alles veel sterker. Zelfs het gevoelloos zijn, wat trouwens heerlijk kan zijn, versterk jij. Altijd weet je het juiste te zeggen. Over het leven. Over de liefde. Over het vaderschap. En over onze rauwe kant. Altijd weet je ook weer wanneer je moet zwijgen. Zodat ik de tijd heb om met mezelf te praten. Want dat gebeurt er met je. Als je loopt. Eerst stroomt je hoofd leeg. En dan ga je alles zoveel harder voelen. Soms je pijntjes-hier-pijntjes-daar maar vooral en altijd je gedachtes. Ze worden helder, ze worden mooier, en ze krijgen meer gevoel. Door het lange lopen werd ik de afgelopen jaren emotioneel incontinent, jij bent een soort Pavlov daarvan geworden. Hoor ik jou, dan schiet ik vol.
Deze dagen – zo in aanloop naar Vastelaovend, bij de meesten bekend als Carnaval – loop ik met nog veel meer plezier met je. Nee, je komt niet uit het Zuiden, maar ik weet zeker dat je het zou snappen, dat rare volksfeest. Sterker nog, je bent er vaak bij, zonder dat je het zelf weet. Loop ik met jou, dan heb ik – zoals ik dat zelf omschrijf en wat zich lastig laat uitleggen – het Zuiderzeegevoel. Datzelfde gevoel heb ik ook tijdens Carnaval. Een sentimenteel gevoel. Een mengelmoes van liefde, gein & leut, melancholie, vrijwillig afzien, en gevoel voor traditie en het verleden. Iedereen zichzelf, juist door dat masker waarachter we ons verschuilen. Iedereen durft emotie te laten zien. Geen rem. Geen angst. Ja, geholpen door flink wat bier, daar weet jij alles van. Maar het bier is slechts een versterker van het gevoel, precies zoals jij dat voor me bent tijdens het lopen.
Weet je, beste loopvriend. Het is jammer dat je dit nooit meer gaat lezen. Het is jammer dat die ene keer dat ik je echt sprak, het niet verder kwam dan “komt goed man”. Toen je daar zwaarbezopen je moed stond uit te plassen op het toilet van het Amstel Hotel. Zou ik je nu weer tegenkomen, zou ik je bedanken voor alle uren samen. Ik zou je vertellen hoe trots je kunt zijn op je kleine jongen, die ons leerde dat je moet leven alsof het je laatste dag is. Ik zou je vertellen hoeveel plezier mensen nog aan je beleven. Tijdens het hardlopen. Tijdens het werk. Tijdens een feestje. Of eenzaam thuis op de bank. Bedankt vriend. We gaan snel weer lopen samen. En een biertje pakken bij Vastelaovend. Of vooruit, een tray-tje sixpacks!